Veehouderij is een uitdagende sector met veel werkgelegenheid. Verdien jij graag je geld door het werken met dieren? Dat kan, er is volop werk voor jou! In deze niveau 2 opleiding staat het dier centraal. De koe én het varken. Er is veel praktijk. Je leert alles over voeding, voortplanting en gezondheid. Je werkt in de stal en in de buitenlucht. Als medewerker in de veehouderij heb je een afwisselend beroep.
Bij ons op school vind je geen dieren. Hiervoor zoeken we de praktijk op. Praktijkbedrijven in de regio stellen hun deuren graag open. We leren door praktijkopdrachten. Bijvoorbeeld hoe controleer je de gezondheid van een koe of van pasgeboren biggetjes. We gaan de stal in om dit te oefenen. Lessen op school wisselen we af met praktijklessen op bedrijven. Regelmatig zijn er excursies. Niet alleen bij melkvee- en varkensbedrijven, ook bij geitenbedrijven, pluimveebedrijven of bedrijven uit de periferie.
Beroepen
Na de opleiding kun je zowel in de varkenshouderij als de melkveehouderij aan de slag.
medewerker melkveehouderij of varkenshouderij
medewerker agrarische bedrijfsverzorging
veehandelaar
Praktijkvakken
gezondheid
huisvesting
voeding
fokkerij
stalinrichting
Stage
We vinden het belangrijk dat je tijdens de opleiding ook praktijkervaring opdoet. Daarom loop je ieder leerjaar stage. Tijdens een stage werk je aan stageopdrachten. Iedere stage staat er een andere leervraag centraal.
Je regelt zelf je stageplek en kunt hulp krijgen met zoeken van je coach als je dat nodig hebt. Een overzicht van goedgekeurde stagebedrijven is te vinden op de website Stagemarkt. Zoek op crebonummer 25432, ‘Medewerker veehouderij.
Doorleren
Doorstromen naar niveau 3, dat kan! Je kunt je dan specialiseren in varkenshouderij of melkveehouderij.
Algemene vakken
Nederlands
Rekenen (2F)
Voeding en Bodem
Vleesproductie
Huisvesting
Gezondheid en Welzijn
Voeding en Gewassen
Melkwinning
Fokkerij en Voortplanting
Toelating
Toelating mbo niveau 2
Diploma vmbo basisberoepsgerichte leerweg
Diploma vmbo kaderberoepsgerichte leerweg
Diploma vmbo gemengde leerweg
Diploma vmbo theoretische leerweg
Diploma entreeopleiding
Overgangsbewijs naar havo 4 of vwo 4
Geen vakkenpakketeisen
We hebben geen vakkenpakketeisen.
Kosten en Studie in cijfers
Overzicht kosten van de opleiding
Wettelijk lesgeld
Als je op 1 augustus 18 jaar of ouder bent en een BOL-opleiding volgt, is het wettelijk lesgeld € 1.202,- per jaar (studiejaar 2020/2021). Je betaalt dat geld aan de overheid.
Opleiding gebonden schoolkosten
Studieboeken, (digitale) leermiddelen, beroepskleding, schoenen en andere studiebenodigdheden noemen wij opleiding gebonden studiekosten. Dit zijn zaken die je écht nodig hebt om je opleiding te kunnen volgen. Je kunt kiezen voor nieuwe leermiddelen, maar dat hoeft niet. Docenten adviseren je aan het begin van het jaar wat voor deze opleiding nodig is.
Niet opleiding gebonden schoolkosten
Niet opleiding gebonden schoolkosten zijn zaken die niet per sé nodig zijn om je opleiding te kunnen volgen, maar die de opleiding wel verrijken. Denk aan excursies (en collectief vervoer hierheen), de kennismakingsweek en praktijktrainingen.
Regeling minimagezinnen
Een opleiding kan duur zijn. Boeken, laptop of werkkleding: het moet allemaal betaald worden. Dat is zeker lastig als je nog geen 18 jaar bent en daardoor nog geen studiefinanciering krijgt. Als het inkomen van je ouder(s) of verzorger(s) maximaal 120% is van de bijstandsnorm, kom je in aanmerking voor een tegemoetkoming van de schoolkosten.
Onderstaande kosten hebben betrekking op het schooljaar 2019-2020. Ze geven een indruk van de kosten van een opleiding (naast de kosten van het lesgeld/cursusgeld als je ouder dan 18 jaar bent).
Kosten niveau 2
Niveau 2 (BOL)
i
Boxtel
Opleiding gebonden
Niet opleiding gebonden
Leerjaar 1
€195,-
€170,-
Leerjaar 2
€93,-
€130,-
Studiewijzer
Benieuwd waar studenten van de opleiding Veehouderij terechtkomen en hoe zij de opleiding waarderen? Bekijk dan de studie in cijfers.
De opleiding gebonden kosten worden bepaald door de aanschaf van boeken.
De niet opleiding gebonden kosten worden bepaald door kosten voor bijvoorbeeld aanvullend lesmateriaal, excursies, praktijkleerweken in het buitenland, huur van een kluisje en/of kosten voor de introductiedagen.